Wanneer is het handig om af te lossen op de hypotheek en wanneer heeft het eigenlijk geen zin en kan je je geld beter op een (bedroevend lage) spaarrekening laten staan? Buitenstate zet ‘voor-en-tegen’ op een rij.

Wanneer wel?

• Aflossen op de hypotheek is sowieso een optie als je met je spaargeld boven de vrijstelling in box 3 zit. De spaarrente is momenteel zo laag, dat er na aftrek van de vermogensrendementsheffing en met de huidige inflatie, zelfs sprake is van geldontwaarding. 

• Het aflossen van een kleine hypotheek is bijna altijd voordelig. Dit is met name het geval als de hypotheekrente lager is dan het eigenwoningforfait. De hypotheekrente is dan namelijk niet aftrekbaar (zie kader Wet Hillen). Ook levert het aflossen van een oude, kleine annuïteitenhypotheek vrijwel altijd geld op. 

• Vervroegd aflossen levert meer voordeel op als je in een lager belastingtarief valt.

• Hoe lager je hypotheek en hoe hoger de WOZ-waarde van je huis, hoe voordeliger aflossen is.

• De overheid rekent over het vermogen in box 3 boven de vrijstelling van €21.139 (partners €42.278, 2013) een fictief rendement van 4% (vermogensrendementsheffing). Dit wordt bij het belastbaar inkomen opgeteld, dat voor veel toeslagen en eigen bijdragen van belang is. Door een hoog eigen vermogen (na hypotheekaflossing) kan het recht op bijvoorbeeld zorgtoeslag geheel vervallen. In 2013 ligt de grens voor het eigen vermogen op €101.139 (partners: €122.278). Als je €1 hoger zit, vervalt het recht op zorgtoeslag. Omdat de eigen woning niet meetelt voor het vermogen, kun je door extra af te lossen misschien onder de vermogensgrens duiken. 

Wanneer niet?

• Bij aflossen verlies je voor altijd het belastingvoordeel van de renteaftrek over het afgeloste deel. Dat is het gevolg van de 'bijleenregeling'. Vooral als je van plan bent om nog een keer te verhuizen naar een duurdere woning is dat iets om rekening mee te houden. 

• Let bij aflossen op (bank)spaarhypotheken goed op. Als je aflost op de hypotheek, dan moet ook goed worden gekeken naar de spaar/beleggingspolis die aan de hypotheeklening is gekoppeld. Die moet worden aangepast om te voorkomen dat de opgebouwde waarde hoger is dan de resterende schuld. In dat geval moet over de extra waarde alsnog belasting worden betaald. 

• Wees voorzichtig met het aflossen op een beleggingsverzekeringshypotheek. Als de eindopbrengst van deze verzekering hoger is dan je hypotheek, kun je een naheffing krijgen.

KADER

Hillenregeling

Huizenbezitters trekken hypotheekrente af, maar moeten het ‘eigenwoningforfait’ bij hun inkomen optellen. De hoogte van het eigenwoningforfait wordt bepaald door de WOZ-waarde van het onroerend goed te vermenigvuldigen met een percentage, in de regel is dat 0,60 procent. Het eigenwoningforfait minus de hypotheekrente wordt ook wel het ‘saldo eigen woning’ (SEW) genoemd. Een negatief saldo leidt tot aftrek, maar een positief saldo — het bedrag aan betaalde hypotheekrente is dan kleiner dan het eigenwoningforfait — leidt in principe tot bijtelling. Sinds 1 januari 2005 is een positief saldo niet meer belast, met dank aan Hans Hillen, destijds Kamerlid voor het CDA. Op zichzelf is dat gunstig voor wie geen of heel weinig hypotheek heeft, maar het betekent ook dat mensen met een kleine hypotheek geen of weinig belasting besparen door de renteaftrek.

Voorbeeld 

WOZ-waarde 250.000

Hypotheek 20.000

rentepercentage 5%

IB-tarief 42%

eigenwoningforfait 1.500

AF: hypotheekrente 1.000 -/-

SEW 500

Omdat het SEW positief is, is er per saldo niets belast en niets aftrekbaar. De netto hypotheekrente is in dit geval daarom gelijk aan de bruto hypotheekrente: 5% van € 20.000, ofwel € 1.000.


Meer informatie over dit onderwerp?


Het reactieformulier wordt verstuurd Het contactformulier wordt verstuurd…

Foutje

Er ging iets mis op de server. Probeer het nog eens.

Bedankt!

Wij zullen indien nodig z.s.m. reageren.



> Terug naar het overzicht